Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
Vloeren en geluid.
Contactgeluid en luchtgeluid:
Beperking van contactgeluid, zoals het loopgeluid, kan bereikt worden door toevoeging van massa aan de vloer. Dit is bij lichte vloerconstructies, zoal de traditionele houten vloeren en in de houtskeletbouw, meestal niet mogelijk.
Aanvullende maatregelen zijn daar dan ook noodzakelijk.
Voor de volgende onderwerpen ga naar:
Algemeen: (factoren die bij de geluidsisolatie van houten vloeren een rol spelen);
de keuze van het plafond;
de ophanging van het plafond;
Algemeen:
De overdracht van het geluid kan plaatsvindendirect via de scheidingsconstructie (de vloer), of
indirect via de andere bouwdelen die in trilling geraken.
Daarnaast wordt de geluidsisolatie tussen vertrekken onderling mede bepaald door het omloopgeluid dat via open deuren, trappen, etc. in een ontvangvertrek doordringt.
onderdeel "geluidsproblemathiek"
Let op!... Geluidlekken in en langs constructies hebben een zelfde effect als het open laten staan van deuren.
Doorvoeringen door woningscheidende vloeren worden derhalve bij voorkeur vermeden of, in dien dit niet mogelijk is, gesitueerd in acoustisch minder kritische ruimten.
"Leidingschachten" en "Isoleren leidingen en kanalen" bij het onderdeel "Installaties"
Kraken en piepen:
Bij het belopen van houten vloeren kunnen kraak-en piepgeluiden optreden.Kraakgeluiden zijn veelal het gevolg van het bewegen van vloerdelen ten opzichte van elkaar en komen voornamelijk voor als planken als vloerhout worden gebruikt.
lndien nagels zijn gebruikt voor het bevestigen van het vloerhout op de balken kunnen piepgeluiden optreden. Dit tengevolge van een geringe beweging van de nagels ten opzichte van het hout bij een dynamische belasting van de vloer.
Factoren die bij de geluidsisolatie van houten vloeren een rol kunnen spelen zijn:
bron afbeelding: Centrum Hout 1985)- Goede kierdichting.
(LET OP!! krimping van materialen veroorzaken kieren.) - Een gesloten plafond van een zwaar en slap materiaal.
- Een ophanging van het plafond aan de vloerbalken die zo min mogelijk geluid overdraagt, of indien mogelijk bij voorkeur een vrijdragend plafond.
(zie uitleg hieronder bij "de ophanging van het plafond") - Voldoende afstand (spouwwijdte) tussen vloerhout en plafond of (bij renovatie) tussen oud en nieuw plafond.
- Geluidsabsorberend materiaal in de hierboven genoemde spouwwijdte.
- Een verende laag tussen de (bestaande) houten vloer en de dekvloer.
- Zo min mogelijk geluidsoverdracht via aansluitende constructies.
Voor verbeteringen van bestaande betonnen vloeren kunnen dezelfde principes worden toegepast als onderstaande voorbeelden van houten vloeren.
De keuze van het plafond:
tabel: documentatie Rockwool 1991/92De bouwfysische eisen die aan een vloer worden gesteld zijn afhankelijk van diverse gebruiksfactoren en opgenomen in de Model Bouwverordening.
De plafondafwerking wordt primair bepaald door de hierin genoemde eisen met betrekking tot de brandwerendheid.
Zie hiernaast verschillende oplossingen welke in de restauratie- en renovatiebouw gebruikt worden en de daarbij behorende brandwerendheid en bouwysische waarden.
De ophanging van het plafond:
(bron: centrum hout 1985)Bij lichte houten vloeren waarbij het plafond direct of via rachels star tegen de balken is aangebracht vindt de geluidsoverdracht in hoofdzaak plaats via de balken.
Wordt het plafond geheel vrij van de balklaag opgehangen dan vindt de geluidoverdracht voornamelijk via de spouw plaats.
Door het ontkoppelen van plafond en balken zijn zo bij een goede uitvoering en bij toepassing van een geluidabsorberende mineraalwolvulling in de spouw verbeteringen in de geluidisolatie-indices van 10 tot 15 dB mogelijk in vergelijking met vloeren waarbij de plafondconstructie direct aan de balken is gekoppeld.
Is men gebonden aan de balken opgehangen plafond dan moet de overdracht van de trillingen van de balken naar het plafond zo sterk mogelijk worden gereduceerd.
Dit kan worden bereikt door een verende trillingdempende ophangconstructie tussen balk en plafond toe te passen.
bron afbeelding: Ministerie van VROM (geluidsisolatie in hsb woningen (1986)
Een van de mogelijkheden is de rachels in verende metalen beugeltjes op te leggen waarbij tussen rachel en balk strookjes minerale wol worden opgenomen. Om een zo gering mogelijke trillingsoverdracht te verkrijgen moet het aantal ophangpunten van het plafond aan de balken worden beperkt.
Maatgevend hierbij is naast de sterkte en de stijfheid de doorbuiging van de plafondplaten.
Bij voorkeur worden de metalen beugeltjes om de ander balk bevestigd waarbij indien nodig een zwaardere rachel wordt gekozen.
Er moet op worden gelet dat bij een verend opgehangen of geheel vrij hangend plafond geen starre koppelingen door electriciteitsleidingen, etc optreden, omdat hierdoor de bereikte verbetering in geluidsisolatie weer gedeeltelijk teniet wordt gedaan.
Zwevende dekvloeren:
Een zwevende dekvloer is een dekvloer die is aangebracht op een draagvloer met tussenvoeging van een verende laag. De verende laag zorgt ervoor, dat de dekvloer kan trillen. Op deze wijze ontstaat een massa-veersysteem.zachtboard, hardboard, etc.:
Bij het belopen van de vloer ontstaat uiteraard contactgeluid.Een extra voorziening tegen contactgeluid is een dekvloer van bijvoorbeeld zachtboard met daarop hardboard.
Zie bovenstaande afbeelding van vloer bij plafond ophanging.
Een betere maar ook duurdere methode is die waarbij het zachtboard wordt vervangen door een beter veerkrachtig materiaal.
Te denken valt hierbij aan een 1 cm dikke viltlaag waarover een houtspaanderplaat (situatie 1980) welke voorzien is van groef en messing.
Contactgeluiden, opgewekt in losse vloerplaten of een dekvloer, worden zijdelings aan een wandconstructie overgedragen. Om dit te voorkomen houdt men de wand vrij met behulp van een kantstrook van minerale wol.
Voor doorgaande leidingen, etc. geldt hetzelfde.
vulvloeren:
bron: aantekeningen Woonbrink (1981)
zand op bouwfolie:
cementestrich, anhydriet, Lewis zwaluwstaartplaatvloeren, etc.:
balklaag in het zicht (betontegels op viltpapier):
noot !Geluidtechnisch voldoet deze oplossing, maar of dit ook brandtechnisch zo is, is maar de vraag.