Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:

Kruipruimte onder vloeren.

De kruipruimte is de ruimte onder de vloer van de begane grond.

Te veel vocht in de kruipruimte veroorzaakt stank en is een broedplaats voor ongedierte.
Meestal zijn er diverse oorzaken aan te wijzen, zoals een te hoge grondwaterstand, binnendringend regenwater, onvoldoende ventilatie en lekkages.
Een goede bodemafsluiting kan een deel van bovenstaande problemen voorkomen.

Voor de volgende onderwerpen ga naar:

kruipruimte algemeen;
toegankelijkheid van kruipruimte;
bodemafsluiting in kruipruimte;
ventilatie van kruipruimte;
isolatie van bestaande begane grondvloeren;


 
(Blauwdruk april 1984 uitgave Nederlandse Gasunie.)

Kruipruimte algemeen:


ontwerpen van begane grond vloerbalklagen - TH Delft

zie   het onderdeel het ontstaan van kruipruimten
uit problemen met kruipruimten (Blauwdruk april 1984 uitgave Nederlandse Gasunie.)

klik hier om naar boven te gaan



 

Toegankelijkheid kruipruimte:

Kruipruimtes zijn vaak moeilijk toegankelijk en erin werken is niet zonder gevaar.
Om veilig te werken in kruipruimtes, moeten er een aantal maatregelen genomen worden.

De toegang tot een kruipruimte moet minimaal zestig bij zestig centimeter zijn.
Het openen van meerdere toegangen biedt extra ventilatie en betere vluchtmogelijkheden in tijd van nood.
Iedere opening dient goed afgezet te worden.
Bij kruipruimtes wordt gewerkt met minstens twee man, van wie er altijd één buiten de kruipruimte moet zijn

Arboconvenant kruipruimten:arboconvenant (intechks.nl)

Voor nieuwe kruipruimten gelden de uitgaangspunten genoemd in het betreffende arboconvenant.
-    minimale hoogte kruipruimte 800.
-    obstakelvrije doorgangen minimaale 600.
-    standaard kruipgat minimaal 620x1000.
-    maximale kruiplengte 7.5m.
 

Zie pdf toolbox werken in kruipruimten zie extra   bron:  www.intechks.nl
 

klik hier om naar boven te gaan



 

Bodemafsluiting kruipruimte:

Omdat een natuurlijke ondergrond zich in feite hetzelfde gedraagd als de gewone buitengrond heb je te maken met dezelfde eigenschappen.
De ondergrond kan vochtig worden waardoor schimmel- en zwamvorming kan ontstaan.
De ondergrond kan verzakken, (on)gedierte kan er zich nestelen, etc.

Door het aanbrengen van een laag isolerend materiaal als bodemafsluiting wordt de ondergrond afgesloten van zijn natuurlijke omgeving en daardoor vochtproblemen als stankoverlast voorkomen.

Een bodemafsluiting kan afhankelijk van de plaats waar gebouwd wordt en de aanwezige hoogste grondwaterwaterstand. bestaan uit:

  • een laag schoon zand van ca 25 cm
  • een laag beton van ca 6 tot 8 cm
  • I.p.v. zand of beton is een laag schelpen in de kruipruimte ook een duurzame keuze.

www.isoschelp.nl    voor www.isoschelp.nl zie verwijzingen naar externe sites van derden.

Schuimbeton bodemafsluiting.

Kruipruimten die zijn voorzien van een schuimbeton bodemafsluiting hebben een isolatiewaarde conform Bouwbesluit-eisen en een zeer lage vochtigheid.

Schuimbeton is een vloeibare mortel dat zichzelf redelijk uitvlakt en niet behoeft te worden verdicht of afgewerkt . Materialen waar tegen aan gestort wordt mogen niet vochtabsorberend zijn. Regen en temperaturen onder de 5 graden zijn tijdens het storten ongewenst.
Het volumieke gewicht van schuimbeton ligt tussen de 550 en 1800 kg/m3 en wordt bepaald door de hoeveelheid in te brengen schuim.
De specifieke eisen, wensen en constructieve mogelijkheden bepalen het volumegewicht van het toe te passen schuimbeton.De waterindringing is bij schuimbeton nagenoeg nul omdat de luchtbelletjes geen doorlopend stelsel vormen.

Bodemhygrolatie.

voor voor leverancier bodemhygrolatie zie verwijzingen naar externe sites van derden.

bodemhygrolatie Dit systeem is toepasbaar in kruipruimten van bestaande en nieuwe woningen en gebouwen, in situaties waar vochtproblemen in de kruipruimte te verwachten zijn of voorkomen moeten worden. Door een samenspel van isolerende en dampremmende eigenschappen worden de waterdampproductie en de toevoer vanuit de bodem geremd, zodat er een lagere dampspanning in de kruipruimte ontstaat.

Systeemopbouw:
Bodemhygrolatie bestaat uit elkaar overlappende dubbelwandige elementen van kunststoffolie die op de bodem en tegen de wanden van de kruipruimte worden aangebracht.

Elementopbouw:
Het binnenelement bestaat uit in patroon gelaste en geperforeerde kunststoffolie gevuld met HR-Termoparels.
Het buitenelement bestaat uit een rondom gelaste kunststoffolie waaraan een overlap is gelaten. Deze buitenfolie is bestand tegen vocht, micro-organismen en humuszuren.

Het isolatiemateriaal is gelijkmatig verdeeld en isoleert de gehele kruipruimte. Bij reparaties aan de in de kruipruimte aanwezige leidingen kunnen de elementen opzij worden geschoven en weer op de plaats worden teruggelegd.

Bodemfolie.

Zie onderstaande afbeelding bij het onderdeel 'isolatie van kruipruimte bij bestaande vloeren'.
klik hier om naar boven te gaan


 

Ventilatie kruipruimte:


De ruimte boven de bodemafsluiting en onder de vloer (kruipruimte) dient geventileerd te worden. Dit kan geschieden middels muisdichte vloerventilatiekokers, etc.

vloer= en gevelventilatie (www.tilmar.nl)         
 

 

 
   voor documentatie mogelijke leverancier zie verwijzingen naar externe sites van derden.
 

 

Mogelijke voorkomende ventilatie oplossingen uit het verleden. Links de oplossingen in de gevel bij de massieve muren en rechts de oplossingen met het dichtzetten van de spouw, omdat men al heel snel doorhad dat je spouw ventilatie en ventilatie van de kruipruimte niet moet combineren.

    
bron linker afbeelding: ontwerpen van begane grond vloerbalklagen - TH Delft
klik hier om naar boven te gaan



 

Isolatie van bestaande begane grondvloeren:

Ter illustratie is in onderstaand figuur voor een gemiddelde temperatuursituatie het verloop van de temperatuurlijnen (isothermen) bij een ongeisoleerde begane grondvloer weergegeven.

Conclusie:    Het isoleren van de ongeisoleerde vloer is geen overbodige luxe.

  bron afbeelding:  Bouwwereld (december 1981)

zie   meetgegevens proefprojecten (Bouwwereld 1987)

zie   voor theorie het onderdeel bouwfysica - warmtetransport door een constructie.

Bestaande vloeren kunnen volgens een aantal methoden worden geisoleerd.
Bij steenachtige plaat- en broodjesvloeren is dit niet zo'n probleem. De vloeren zijn vlak en de maatvoering is modulair.

vloerisolatie   harde isolatieplaat (steenwol, etc)

.

Bij houten vloeren lijkt een zelfde soort oplossing voor de hand liggend, doch hier zijn vaak meerdere uitvoeringsproblemen aanwezig die een andere oplossing, b.v. vloerisolatie met thermokussens, vragen.

tonzon vloerisolatie
 

 

 
   Vloerisolatie met thermokussens tegen de bestaande vloer en bodemfolie op de grond.
   voor documentatie leverancier zie de verwijzingen naar externe sites van derden.

    Mogelijke uitvoeringsproblemen zijn:
  • h.o.h. maten balklagen variëren (e.e.a. is afhankelijk van de oorspronkelijk, meestal niet meer aanwezige) begane grond indeling);
  • de balken liggen niet altijd evenwijdig aan elkaar;
  • meestal zijn er reparaties aan de balken (met name bij de opleggingen) uitgevoerd;
  • het puin van vorige verbouwingen (uit de tijd dat containers bij de doe het zelver nog niet gebruikelijk waren) ligt nog in de kruipruimte;
  • Bij de strijkbalkankers komen de problemen samen.

  • achter de strijkbalken is de muur vanwege niet verwijderde specieresten meestal niet vlak;
  • de ventilatieopeneningen van de kruipruimte zitten meestal geheel of half achter de strijkbalken;
  • de eventuele radiatoren op de vloer onder het raam verwarmen de gevel waardoor in koude jaargetijden condens achter de strijkbalken;
  • de toevoer van de nutsvoorzieningen (electra, water, gas, telefoon, tv, etc.) gaan vaak achter de strijkbalken omhoog.

  Met schoonzoon onder de vloer op het puin van vorige verbouwingen.
 
vloerisolatie

Koudebrug fundering-/gevelaansluiting:

De fundering-/gevelaansluiting is een veel voorkomende koudebrug. Ook bij ogenschijnlijk goed geïsoleerde woningen kan dit probleem voorkomen.
Omdat de aansluiting slechts aan de bovenzijde verwarmd kan worden en het vloerveld door vloerbedekking endergelijke vaak relatief koud blijft is de oppervlaktetemperatuur in de binnenhoek vaak laag en treedt condensatie op.

Indien geen spouwmuurisolatie kan worden toegepast (omdat er geen spouw is, zoals in veel vooroorlogse woningen) maar wel gevelbinnenisolatie is aangebracht dan dient ter voorkoming van de hier genoemde koudebrug de fundering aan de buitenzijde te worden geïsoleerd.

zie voorbeeld (maar nu met ongeïsoleerde spouw) uit het Nationaal Isolatie Programma (bouwcentrum 1987)

vloerisolatie    (let op!  asbestcement was in die tijd nog standaard)


 

Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
dd: 09-04-2014

 

 
klik hier om naar boven te gaan


 

 

 extra informatie behorende bij:
Kruipruimte algemeen:
klik hier om naar boven te gaan

fragment uit Blauwdruk april 1984













 

 


 extra informatie behorende bij:
Isolatie van bestaande begane grondvloeren:
klik hier om naar boven te gaan

meetgegevens proefprojecten (Bouwwereld 1987)

vloerisolatie
klik hier om naar boven te gaan